Aantekeningen
Treffers 301 t/m 350 van 582
# | Aantekeningen | Verbonden met |
---|---|---|
301 | K?nig der Th?ringer. | Van Thuringen, Basin I (I2843)
|
302 | K?nig der Vandalen und Alanen. | Geiserich (I2861)
|
303 | K?nig der Vandalen. | Thrasamund (I2859)
|
304 | K?nig der Vandalen. | Godegisel (I2862)
|
305 | K?nig in Th?ringen, Kg. in Mittel-Th?ringen 509. | van Thuringen, Hermenfried (I2864)
|
306 | K?nig von Alemannien | van Allemannien, Guindomar (I2824)
|
307 | K?nig von Alemannien | van Allemannien, Waldomar (I2829)
|
308 | Kapitein kwartiermeester administratie 1877 met pensioen. Later terug naar NL eerst in Apeldoorn en vanaf 88-91 op op Keizersgracht 179 gewoond, daarna Heusen en daarna Den Haag en weer terug naar Indonesi?) | Waardenburg, August (I3456)
|
309 | Karel de Grote!! gedoopt door Bonefacius, aartsbisschop van Mayence | der Karolingen, Karel (I2377)
|
310 | kerkenraadslid 1650 | Meijnsz, Coendert (I1080)
|
311 | Kg. d. Burgunder 406-436. | van Bourgondie, Gundicharius (I2781)
|
312 | Kg. d. Franken in K?ln | van Franken, Chlodio (I2822)
|
313 | Kg. d. Goten. | Giuki (I2790)
|
314 | Kg. d. Ostgoten vor 360.. | Hermenricus (I2855)
|
315 | Kg. d. Sueben 406-438, durchbricht 406 den Limes, verw?stet Gallien und gr?ndet das Reich der Sueben.. | Ermenrich (I2800)
|
316 | Kinderloos | Kind, Jacob (I912)
|
317 | Klaas Spiek, BU150 | de Graaf, Klaas (Spiek) (I575)
|
318 | komt voor op lijst huisgeld 1675 | Gijsberts, Marritgen (I536)
|
319 | koning der bourgondi?rs vanaf 474 ?, bij de dood van Gondoic verdeelde die zijn rijk tussen zijn vier zoons, Gondebald, Godogisel, Chilp?ric en Godomar, waarbij de laatste drie koningen van deelstaten waren ondergeschikt aan Gondebald, Gondesil vestigde zich in Gen?ve, een dergelijke oplossing van de erfopvolging resulteerde in die tijd altijd in broedertwisten, zo ook hier wat leidde tot de eerste acties die het einde van het zelfstandige koninkrijk Bourgondi? zouden inleiden. Godosil, direct in oorlog met Gondebald, ging een bondgenootschap aan met Clovis I en beloofde die schatting te betalen bij een overwinning, Clovis ging daar natuurlijk direct op in en viel Bourgondi? binnen, Gondebald, onwetend van het verraad van zijn broer bood Godisel aan de oorlog direct te beeindigen om de gemeenschappelijke vijand te bestrijden, deze veinsde het er mee eens te zijn maar op het slagveld verbond hij zich met de franken en bracht Gondebald een zware nederlaag toe, deze ontsnapte naar Avignon waar hij direct belegerd werd door Clovis, Godogisel vestigde zich in Vienne en vierde zijn overwinning, het tij keerde echter snel, een afgevaardigde van Gondebald wist Clovis over te halen het beleg te staken op voorwaarde dat gondebald als diens vazal schatting zou betalen, Clovis accepteerde en trok zich terug, het gevolg laat zich raden, Gondebald trok op naar Vienne en belegerde de stad, dit beleg duurde lang en Gondogisel was genoodzaakt de niet strijdende burgers uit de stad te verwijderen, ??n van hen was de architect van het aquaduct die uit wraak Gondebald benaderde en hem de weg wees met zijn leger naar het centrum van Vienne waar Godogisel en zijn manschappen omgebracht werden. | van Bourgondie, Godegisel (I2771)
|
320 | Koning der Nederlanden Prins van Oranje-Nassau Groothertog van Luxemburg Hertog van Limburg Willem Alexander Paul Frederik Lodewijk (Brussel, 17 februari 1817 ? Het Loo, 23 november 1890), Prins van Oranje-Nassau, was van 1849 tot 1890 Koning der Nederlanden, Groothertog van Luxemburg en van 1849 tot 1866 hertog van Limburg. Hij werd geboren in Brussel, als zoon van koning Willem II en Anna Paulowna, de zuster van de Russische tsaar Alexander I. De geboorte vond plaats in de Wetstraat, in een zijvleugel van de toenmalige Staten-Generaal van het Koninkrijk der Verenigde Nederlanden, nu het federale parlement van Belgi?. Eerste huwelijk Willem trad op 18 juni 1839 in het huwelijk met zijn volle nicht Sophie van W?rttemberg, de dochter van koning Willem I van W?rttemberg en Catharina Paulowna (Catharina was de zus van de moeder van Willem III, Anna Paulowna). Het werd een slecht huwelijk, mede door Willems nauwelijks verholen buitenechtelijke affaires en seksuele uitspattingen, die de New York Times ertoe brachten hem "de meest losbandige figuur van onze tijd" te noemen. De weinig tolerante en zeer ambitieuze houding van zijn echtgenote deed de rest. In 1851 werd door zijn schoonfamilie een poging gedaan het huwelijk te ontbinden. Dat mislukte, en sindsdien leefde het paar gescheiden van tafel en bed. Uit het huwelijk kwamen drie zoons voort: * Willem (1840-1879), prins van Oranje * Maurits (1843-1850) * Alexander (1851-1884), prins van Oranje Tweede huwelijk Na het overlijden van Sophie in 1877 trouwde de 61-jarige Willem op 7 januari 1879 met de twintigjarige prinses Emma van Waldeck-Pyrmont, dochter van George Victor van Waldeck-Pyrmont en Helena van Nassau-Weilburg. Eerdere kandidaten die gepolst werden voor een huwelijk met de bejaarde monarch waren zijn nicht Elisabeth van Saksen-Weimar en de Deense prinses Thyra, doch beiden bedankten voor de eer. Uit het huwelijk van Willem en Emma zou op 31 augustus 1880 nog een kind geboren worden: Wilhelmina. Het vaderschap van Willem III staat ter discussie; hij zou op latere leeftijd wegens syfilis geen kinderen hebben kunnen verwekken. Als natuurlijke vader van Wilhelmina werd o.a. S.M.S. de Ranitz (1846-1916) genoemd. Deze was particulier secretaris van koningin Emma en werd later bij Koninklijk Besluit als Jonkheer in de adelstand verheven. Voor deze speculaties bestaat echter geen enkel doorslaggevend bewijs en ze moeten voornamelijk beschouwd worden als reacties op het onaangename karakter van de koning. Emma zou bovendien volgens ingewijden in de Koninklijke Familie niet het type zijn geweest om haar echtgenoot te bedriegen. Constitutionele rol Willem III had grote moeite met de beperking van de koninklijke macht zoals deze onder het bewind van zijn vader in 1848 met de grondwetswijziging van Thorbecke tot stand was gekomen. Een koning behoorde naar zijn mening 'vast als een rots' zelf te regeren. Uit protest tegen de grondwetswijziging vertrok de troonopvolger naar Engeland, waar hij verbleef toen zijn vader in 1849 plotseling overleed. De eerste twintig jaar van zijn regering kenmerken zich door weerstand tegen de constitutionele monarchie, waarbij de koning zich overigens telkens conformeerde. Een voorbeeld van de eigenzinnige constitutionele rol die de koning aanvankelijk speelde is de commotie rond de Aprilbeweging in 1853. Het zittende kabinet onder leiding van Thorbecke had een neutraal antwoord voorgesteld. De scheiding van kerk en staat betekende immers dat de regering over de wens van de katholieken om zich in bisdommen te organiseren niets te vertellen dus niets te zeggen had. De koning hield toen men hem in Amsterdam een antikatholieke petitie aanbood een gloedvolle rede die de hoogopgelopen gemoederen overigens ook onmiddellijk deed bedaren. Toen de koning niet bereid was om op zijn weigering terug te komen om het kabinets- dus regeringsstandpunt uit te dragen, trad de ministerraad af. Luxemburgse kwestie In 1866 viel de Duitse Bond uiteen en kwam de Noord-Duitse Bond tot stand, waarvan Luxemburg en Limburg geen deel meer zouden uitmaken. Willem was toen bereid het groothertogdom aan keizer Napoleon III van Frankrijk te verkopen met stilzwijgende instemming van de Pruisische premier Bismarck. Toen deze transactie echter in de openbaarheid kwam, verklaarde Bismarck dat verkoop als reden tot oorlog beschouwd zou worden. Op het Congres van Londen van 1867 ter regeling van de Luxemburgse kwestie werd overeengekomen dat Luxemburg patrimoniaal eigendom van het huis (Oranje-)Nassau zou blijven, echter wel als politiek neutraal gebied. De Pruisische troepen werden dan ook teruggetrokken uit de vesting en de burcht van Luxemburg werd afgebroken. In1868 kreeg Luxemburg ook nog een nieuwe grondwet. Onhebbelijkheid Willem III was in zijn latere jaren niet geliefd, en werd (zelfs in een openlijke publicatie, een anti-monarchistische brochure) Koning Gorilla genoemd vanwege zijn bij gelegenheid boerse uitvallen. Het volk respecteerde hem wel, hoewel hij zich vaak niet koninklijk gedroeg. Willem was zijn leven lang driftig, ego?stisch en boosaardig geweest, maar door zijn grillige karakter kon hij soms ook onverwacht vriendelijk en royaal uit de hoek komen. Voorbeelden van 's konings onhebbelijke natuur zijn door de leden van zijn hofhouding goed gedocumenteerd. Zo liet hij lakeien een lucifer afsteken om de koninklijke sigaar aan te steken. Wanneer de lucifer brandde talmde de koning zolang dat de lakei, om brandblaren te voorkomen, de lucifer moest doven. Dat gaf de koning dan de gelegenheid om de lakei met twee weken inhouding van salaris te straffen. De hofcommissie maakte geregeld bezwaar tegen de onredelijke en kleingeestige straffen die de vorst te pas en te onpas uitdeelde. Lord Clarendon, de Britse minister van Buitenlandse Zaken, legde vast dat de koning op een receptie niets anders deed dan "op iedereen die hij sprak vitten en mopperen", maar hij vervolgt met de vaststelling "dat niemand zich daar iets van aantrok". De consequenties van de koninklijke woedeaanvallen waren ernstiger, al werd het koninklijke bevel om de burgemeester van de residentie te arresteren en daarna te fusilleren door al zijn ondergeschikten genegeerd. Een jonge officier die een rijtuig waarin de koning incognito reed niet groette werd voor straf kromgesloten en minister van Oorlog Weitzel merkte in zijn dagboek op dat "de prikkelbaarheid van Zijn hoog oplopend karakter en Zijne autocratische neigingen met de jaren schijnen toe te nemen" en dat "in het openbaar en vooral ten aanzien van hooger en lager geplaatste officieren ergerlijke tonelen plaats vinden die door de pers steeds met de mantel der liefde worden bedekt". Toch waren deze "zozeer bekend dat zij in het leger velen verbitterden en van de koning vervreemdden". Laatste levensjaren De gezondheid van de koning ging in oktober 1888 sterk achteruit. In mei van dat jaar liet het koninklijk gezin de drukte van Den Haag achter zich en trok zich terug in Het Loo. Daar verslechterde Willems toestand dermate dat hij niet meer in staat was om te regeren. De koning leed aan ernstige nierziekte en raakte zozeer in de war dat hij staatsstukken ging ondertekenen met zelfverzonnen pauselijke namen. Ook hield hij vanaf zijn ziekbed hele toespraken en moest er altijd iemand van de hofhouding in de buurt blijven, omdat hij bang was dat men hem in zijn slaap zou vermoorden. Zijn vrouw Emma werd daarom tenslotte op 14 november 1890 met algemene stemmen door de in verenigde zitting bijeengekomen Staten-Generaal benoemd tot regentes en op20 november in Den Haag be?digd. Dit regentschap duurde slechts drie dagen, want op 23 november 1890 overleed de vorst, drie?nzeventig jaar oud. Het koningschap ging toen over op de tienjarige prinses Wilhelmina, waarna Emma opnieuw tot regentes werd benoemd. Het Groothertogdom Luxemburg ging conform de Nassause "Erbverein" naar de andere linie van het Huis Nassau omdat volgens huisrecht alleen mannelijke afstammelingen erfgerechtigd waren voor Nassaugoederen (zie ook bij Salische Wet). De bijzetting van de overleden koning op 4 december 1890 was erg ongeorganiseerd; zo stortte een tribune in en waren er te weinig koetsen en parkeerplaatsen, waardoor velen te laat waren in de kerk. Daarnaast was het steenkoud. Zonder enige waardigheid zou de kist al schommelend van de trappen de Koninklijke Grafkelder ingedragen zijn, waarna Willem III der Nederlanden zijn laatste rustplaats had bereikt. Trivia * Het leeftijdsverschil tussen Willem en Emma is niet het enige merkwaardige leeftijdsverschil binnen zijn directe familie. De stiefmoeder van Emma, Louise van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Gl?cksburg (in feite de schoonmoeder van Willem dus), was slechts acht maanden ouder dan Emma, haar stiefdochter. Daarmee was Willem maar liefst 41 jaar ouder dan de schoonmoeder die hij in feite pas een jaar na zijn dood kreeg. Zijn dochter, Wilhelmina, kreeg in 1891 op 11-jarige leeftijd een 'nieuwe' grootmoeder van slechts 33 jaar oud. | van Oranje-Nassau, Willem III Alexander Paul Frederik Lodewijk (Koning Willem III) (I2948)
|
321 | koning van Aquitane | der Franken, Karel II (I2416)
|
322 | Koning van Engeland | van Engeland, Karel I (I2928)
|
323 | Koning van Engeland van 871 tot 899 | van Wessex, Koning Alfred I de Grote (I2395)
|
324 | Koning van Engeland en Schotland | van Engeland, Jacobus II (I2933)
|
325 | Koning van Itali?. | van Ivrea, Berengarius II (I3105)
|
326 | Koning van Wessex | van Wessex, Koning Egbert III (I2399)
|
327 | Koning van Wessex | van Wessex, Cutha Cathwulf (I2409)
|
328 | Koning van Wessex van 519 tot 534 http://en.wikipedia.org/wiki/House_of_Wessex_family_tree http://nl.wikipedia.org/wiki/Koninkrijk_Wessex Het Koninkrijk Wessex of Koninkrijk der West-Saksen (Oudengels: Westseaxna rice) was een Angelsaksisch koninkrijk van de West-Saksen, in Zuid-West-Engeland, vanaf de 6e eeuw, tot de opkomst van een verenigde Engelse staat in de 10e eeuw, onder de Wessex-dynastie. Het werd een graafschap na de verovering van Knoet de Grote in 1016, van 1020 tot 1066. Na de Normandische verovering werden de Engelse graafschappen ontbonden, en Wessex werd gesplitst onder de aanhangers van Willem de Veroveraar. | van Wessex, Koning Cerdic (I2413)
|
329 | Koning van Wessex van 534 tot 560 | van Wessex, Koning Cynric (I2412)
|
330 | Koning van Wessex van 560 tot 592 | van Wessex, Koning Cealwin (I2411)
|
331 | Koning Willem I Frederik, geboren als Willem Frederik Prins van Oranje-Nassau (Den Haag, 24 augustus 1772 ? Berlijn, 12 december 1843) was de eerste koning van Nederland uit het huis Oranje-Nassau. Na de nederlaag van Napoleon in de Slag bij Leipzig in 1813 werd hij ingehuldigd als 'Soeverein Vorst' der Verenigde Nederlanden. Op 16 maart 1815 riep hij zichzelf uit tot koning der Verenigde Nederlanden en hertog van Luxemburg. In hetzelfde jaar werd op het Congres van Wenen door de Europese mogenheden besloten om het hertogdom Luxemburg te promoveren tot groothertogdom, Willem I te erkennen als eerste groothertog en werd de koningstitel en de titel van Hertog van Limburg bevestigd. Hiermee was de kersverse Nederlandse monarchie binnen Europa formeel erkend en fungeerde als buffer voor zowel Frankrijk als Engeland. Na de troonsafstand in 1840 noemde Willem I zich koning Willem Frederik, graaf van Nassau. In Duitsland was Willem I van 1803 tot 1806 "F?rst" (vorst) van het Vorstendom Nassau-Oranje-Fulda. In 1806 en in de periode 1813-1815 was hij tevens vorst van het Vorstendom Nassau-Oranje. | van Oranje-Nassau, Willem I Frederik (I2944)
|
332 | Koning. der Westgoten 415-418. | Wallia (I2777)
|
333 | Koningin-regentes der Nederlanden van 1890-1898; prinses van Waldeck-Pyrmont. Zij was erecommandante van het Pruisische regiment infanterie no. 15. Adelheid Emma Wilhelmina Theresia (Arolsen 2 augustus 1858 - Den Haag 20 maart 1934), Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Waldeck-Pyrmont, was de echtgenote van koning Willem III en Koningin-regentes der Nederlanden van 1890 tot 1898. Als regentes deed ze dienst als feitelijk staatshoofd van Nederland; eerst enkele dagen voor haar echtgenoot, de daarop volgende jaren voor haar minderjarige dochter Wilhelmina. Als zodanig was ze de facto het eerste vrouwelijke staatshoofd van Nederland. Haar man Willem III Willem III was oud genoeg om Emma's vader, of zelfs grootvader te zijn: Bij hun verloving op 30 september 1878 in Arolsen was Emma twintig en Willem eenenzestig jaar oud. Het huwelijk zorgde voor een ommekeer in het leven van de koning; hun liefde bleek hem inwendig grote rust te geven. Officieel werd geconstateerd dat er minder botsingen waren tussen het staatshoofd en zijn ministers. Willem III kreeg zelfs een bijnaam: "De goede". Dat was zeker ook de verdienste van zijn jonge vrouw, die de vorst verplichtte tot een huiselijker leven. Zij schonk haar gemaal op 31 augustus 1880 een dochter, Wilhelmina. Het was bekend dat de koning zowel in binnen- als buitenland menig vrouwenhart op hol had gebracht. Zijn relaties met het Amerikaanse barmeisje Elisa Parker en met Leonora d'Ambre, een Parijse operazangeres, haalden zelfs de nieuwsbladen. De liefde voor Emma was spontaan ontbrand toen de vorst ten huize van Waldeck-Pyrmont een relatie onderhield met Emma's drie jaar oudere zuster Pauline en zelfs serieus overwoog haar te trouwen. Hij had overigens elders n?g een huwelijksaanzoek lopen: bij zijnnicht prinses Elisabeth van Saksen-Weimar, die er achteraf niet rouwig om was dat zij werd gepasseerd. Gezegd mag worden dat Willem III bij Emma, zijn tweede echtgenote, gelukkig was en rust vond. Eerder was de koning getrouwd geweest met zijn nicht Sophia van W?rttemberg, die in 1877 was overleden. Hun huwelijk was niet hecht geweest; het was algemeen bekend dat de echtelieden "in het geheim" in 1855 waren gescheiden van tafel en bed. Emma Adelheid Emma Wilhelmina Theresia was een van de zeven kinderen van George Victor, Vorst van Waldeck en Pyrmont, en Helena, Prinses van Nassau-Weilburg. De prinses had thuis een gedegen, brede, christelijke opvoeding genoten. Ze was leergierig en sociaal bewogen. Haar Engelse gouvernante had haar goed op de hoogte gebracht van de arbeidsverhoudingen in die dagen. Voordat ze naar Nederland verhuisde, kreeg Emma les in Nederlandse taal en geschiedenis, want ze wilde een Nederlandse worden en blijven. Het huwelijk De eerste jaren van haar huwelijk leidde koningin Emma een onbezorgd leven en wijdde zich volledig aan de opvoeding van haar "Wimmy". Maar de toekomst tekende zich al spoedig anders af dan verwacht. In 1884 stierf prins Alexander (32), de ongehuwde jongste zoon uit het huwelijk van Willem III en koningin Sophie. Willems oudste zoon, prins Willem (38), was vrijgezel gebleven en al in juni 1879 overleden. In 1850 had de koning de zesjarige Maurits verloren. Krachtens de grondwet werd nu prinses Wilhelmina de troonopvolgster. Maar de prinses was pas vier jaar en de koning vijfenzestig. Derhalve diende wegens de hoge leeftijd van de koning een regent aangewezen te worden om eventueel namens de prinses tot aan haar meerderjarigheid het koninklijk gezag waar te nemen. De meerderheid van de Verenigde Vergadering van de beide Kamers der Staten Generaal stemde op 29 juli 1884 in met de benoeming van koningin Emma als regentes. Regentes Vier jaar later werd zij tevens benoemd tot voogdes over de minderjarige troonopvolgster. Dat was niet zonder reden, want de gezondheid van de koning ging in oktober 1888 sterk achteruit. In mei van dat jaar liet het koninklijk gezin de drukte van Den Haag achter zich en trok zich terug in Het Loo. Daar raakte de koning buiten staat om te regeren. Koningin Emma werd daarom tenslotte op 14 november 1890 met algemene stemmen door de Staten Generaal benoemd tot regentes van haar man en op 20 november in Den Haag be?digd. Zij behoefde de koning slechts drie dagen waar te nemen, want op 23 november 1890 overleed de vorst, drie?nzeventig jaar oud, en werd het koningschap overgedragen aan de tienjarige prinses Wilhelmina. Koningin-moeder Emma namals regentes voor haar dochter - op 8 december 1890 daartoe be?digd - tot aan Wilhelmina's achttiende verjaardag in 1898 de regeringstaak waar. Het respect voor haar overleden man als staatshoofd en de achting voor het koningschap hebben Emma steeds geleid in haar beslissingen. Ze zette zoveel mogelijk de lijn van koning Willem III voort, maar toch met een eigen aanpak. Al direct trof zij maatregelen om elke minister eenmaal in de veertien dagen persoonlijk te kunnen ontmoeten. Ze stelde zich open voor eenieder die haar wilde spreken en stond erop zelf zoveel mogelijk post te openen en af te handelen, ook als zij op Het Loo of in Soestdijk vertoefde. In tegenstelling tot de gewoonte van Willem III besloot zij op zondagen niet te werken. In de periode van koningin-weduwe-regentes kreeg Emma onder meer driemaal te maken met een kabinetsformatie, die haar veel zorg gaf. Naast haar bestuurlijke taak besteedde koningin-moeder Emma grote aandacht aan de opvoeding van haar dochter. In haar ogen diende de jeugd van de nieuwe koningin op haar zestiende voorbij te zijn, om dan nog twee jaar "klaargestoomd" te worden voor het aanvaarden van haar taak als regerende koningin op 31 augustus 1898. Tot 1896 werd Wilhelmina dan ook omringd door wijze lieden, leden van de hofhouding en een gouvernante. Koningin-moeder Toen Wilhelmina moest "meedraaien" met het regeringsgebeuren, was ze zeer consci?ntieus en wilde geen fouten maken, waardoor zij regelmatig haar moeder om raad moest vragen. Koningin Emma beklaagde zich wel eens dat zij moe was, omdat de zorgen voorgrote en kleine zaken zo op haar drukten en ze bovenal Wilhelmina moest inleiden in haar nieuwe wereld. Als regerend koningin koos de jonge Wilhelmina al snel haar eigen weg. Zij probeerde onder de sterke druk van haar moeder uit te komen, want Emma was veeleisend geweest voor zichzelf, anderen en haar dochter. Aanvankelijk woonden de beide vorstinnennog samen in paleis Noordeinde, maar toen Wilhelmina in het huwelijk trad, trok Emma zich terug in het paleisje aan het Lange Voorhout. Zij was niet meer gesteld op het society-leven aan het hof, zoals voorheen gebruikelijk. Ze leefde vrij teruggetrokken met hoffunctionarissen. Ze zette zich volledig in voor de bestrijding van tuberculose, destijds volksziekte nummer 1. Zelf had ze een van haar zusters verloren aan tbc. Emma overleed op 20 maart 1934. Haar kleindochter Juliana overleed exact zeventig jaar later, op 20 maart 2004. | Gezin: Willem III Alexander Paul Frederik Lodewijk (Koning Willem III) van Oranje-Nassau / Adelheid Emma Wilhelmina Therese Waldeck-Pyrmont (F1358682077)
|
334 | kont voor op lijst huisgeld 1675 | Heijnen, Lambert Jansen (I671)
|
335 | lid gem.bestuur | van den Bosch, Wouter (I251)
|
336 | lid gemeentebestuur, diaken, ouderling | Hartog, Jan (I646)
|
337 | Lidmaatregister Leiden: Aernoudt de Soete naar Voorhout met attestatie 4-7-1648 en Lijsbeth Manasse op 15-8-1648: code H.D.K. Voor zijn huwelijk gewoond hebbende te Belle, de eerste jaren van zijn huwelijk te Leiden, vanaf 4-7-1648 te Voorhout en later te Woubrugge. Aernout de Zoete wonende 5 augustus 1694 te Woubrugge (weesk. archief Oegstgeest inv. nr. 2 fol. 137 vo.) te samen met Aaltje Dammis, weduwe van Mr. Jan de Zoete en verder Hendrik Dammis (denkelijk broer van Aaltje) voogd over Dammis de Zoete, minderjarig. Not. archief Esselijkerwoude/Woubrugge Not. archief 8810 Not. Capoen d.d. 25 juni 1669 fol. 18 Mr. Arnoldus de Zoete, schoolmeester alhier; NA inv. nr. 8809 Not. Capoen d.d. 24 december 1663 testament van Mr. Arnoldus de Soete, schoolmeester en echtgenote ; inv. nr. NA 8809 d.d. 4 maart1665 Aernout de Soete, schoolmeester van Woubrugge betreffende lening van Adriana Niese, weduwe van Nicolaas Overschie. De stad Belle heet thans Balleuil [F]. | de Soete, Aernoudt (I1454)
|
338 | lijst haardstedengeld 1718 | Hopman, Steven (I749)
|
339 | Lourens trouwde voor de eerste keer, 30 jaar oud, op zondag 30 april 1724 met Aaltje Maartens van Zanten. Lourens trouwde voor de derde keer, 54 jaar oud, op zondag 27 oktober 1748 in ?s-Gravenzande met Neeltje van Lien. | Gezin: Lourens Cz van Geest / Marijtje de Bruijn (F1358327881)
|
340 | M : Graaf Dirk VII Van Holland, Geboren/Born Ongev/About 1165, Gestorven/Died 4 NOV 1203 in Dordrecht {ZH,NL} Zoon van / Son of : Graaf Floris III Van Holland & Gravin Ada {v.Holland v.Scotland} (Aleida) Van Huntingdon Huwt/Marr 1186 in Loosduinen {ZH,NL} W : Aleida Van Kleef, Geboren/Born Ongev/About 1165, Gestorven/Died Na/After 1238 Dochter van / Daughter of : Graaf Dietrich III Van Kleef & Adelheid Van Sulzbach -------------------------------------------------------------------------------- Kinderen/Children ; 1: Adelheid Van Holland (*/+) 2: Ada Van Holland ( * = ~1190 , + = ) Gehuwd 1203. Kort na 4 november 1203. Echtgenote is Ada van Holland, dochter van Diederik VII van Holland en Aleida van Kleef. Overleden (?) 1223. Zij werpt zich na de dood van haar vader op als gravin van Holland en kwam zo in strijd met haar vaderlijke oom Willen van Friesland die in december 1203 tot graaf van Holland werd uitgeroepen. Zij werd tijdens die Hollandse succesieoorlog door de coalitie van haar oom Willem van Friesland te Leiden gevangen genomen en op het eiland Texel in bewaring gesteld. Later werd zij overgebracht naar Engeland. Op het einde van 1207 stak haar echtgenoot Lodewijk van Loon het Kanaal over om haar vrijlating te bepleiten bij Jan zonder Land. Hij kreeg onder bepaalde voorwaarden zijn echtgenote mee. Ada en Lodewijk II van Loon verloren die Hollandse troonstrijd. Kinderloos huwelijk | Gezin: Lodewijk van Loon / Ada van Holland (F1358580412)
|
341 | Mailcontact 2018 Kleinzoon van PJ Waardenburg Beste Pieter, Wat een genoegen om een lijntje te kunnen leggen met een ver familielid, die ook de naam Waardenburg draagt. En tevens dezelfde voornaam heeft als mijn jongere broer. Het ritselt in de stambomen van de Pieters/Pyttrs. Inderdaad ben ik een van de twee kleinzonen van dr. P.J.Waardenburg. Toen mijn grootvader overleed, kwam ik er tot mijn verrassing achter dat hij niet minder dan 250 publicaties op zijn naam had staan. Een deel de oogheelkunde betreffend, een ander deel, en nog wel interessanter voor een beginnende biologiedocent, veel over de genetica in het algemeen en de antropogenetica in het bijzonder. Leuk te horen dat uw schoondochter oogarts is. Onze oudste zoon is optometrist. Hij werkte o.a. in Rotterdam en Arnhem. Het verhaal van de boom en z'n appel. Ik mag het familiearchief Waardenburg behoeden voor verval: talloze uitwaaierende stambomen op schrift horen hier, d.w.z. Driebergen, tot de collectie. Die getuigen van illustere lieden als wolkammers uit Franeker alsmede een reeks aan artsen en predikanten, verspreid over het land. Boeiend, dat is zeker. Ik los even mijn belofte in, nl. de aanvulling op een stamboom die mij niet geheel compleet toescheen. Petrus Johannes Waardenburg geb. 3 juni 1886 te Nijeveen trouwt met Alice Persijn geb. 25 september 1891 te Arnhem Hun zes kinderen zijn: Wilhelmina Isabelle Henriette geb. 16 januari 1915 overl. 10 juni 1997 Jan Herman geb. 14 april 1916 overl. 23 mei 1916 Herman Alexander Jurjen geb. 10 februari 1918 overl. 20 september 2001 Catharina Emerence geb. 5 december 1919 woont in Warnsveld, huize Welgelegen Virginie Emerentienne Rosine geb. 5 december 1919 overl. 21 oktober 1990 Ellen Lydia geb. 12 mei 1924 overl. 19 mei 2017 Het waren Karin en Inie, de identieke tweeling, die voor grootvader Piet stimulans vormde om zich verder te verdiepen in de genetica van Mendel en alhier Hugo de Vries. De resultaten van zijn ontdekkingen mogen u bekend zijn. Het zou een aardige gedachte zijn wanneer wij eens uitrekenden tot in welke graad wij aan elkaar gelieerd zijn. En wanneer daartoe aanleiding is, eens 'n rendez-vous afspreken. Voor dit moment, een vriendelijke groet, Jan Waardenburg | Waardenburg, Jan (I3272)
|
342 | Maria Louise van Hessen-Kassel (Kassel, 7 februari 1688 - Leeuwarden, 9 april 1765) bijgenaamd 'Marijke Meu' was de dochter van Karel Lodewijk van Hessen-Kassel en Maria Anna van Koerland. Omdat zij in Friesland heel populair was, werd zij muoi (het friese woord voor tante) genoemd. Na het vroegtijdig overlijden van haar echtgenoot Johan Willem Friso, in 1711, nam zij tijdens de minderjarigheid van zijn postuum geboren zoon, Willem IV, het stadhouderschap van Friesland, Groningen en Drenthe waar (tot 1731). In 1730 liet zij voor zich zelf het buitenverblijf Marienburg bouwen. Zij bewoonde het Princessehof, een stadspaleis in 1731 aangekocht. Maria Louise had een belangrijke porseleincollectie. Tegenwoordig is in het Princessehof het nationaal keramiekmuseum gevestigd. In 1734 trouwde haar zoon met Anna van Hannover, met wie zij niet goed overweg kon. In 1747 werd Willem IV van Oranje-Nassau ook stadhouder van de andere gewesten van de Republiek. Toen hij in 1751 overleed, was zijn zoon Willem V nog maar drie jaaroud. Marijke Meu nam het regentschap over van haar schoondochter, Anna van Hannover, die in 1759 overleed. | van Hessen-Kassel, Maria Louise (I2939)
|
343 | Maria van Engeland Marie de Blois | van Boulogne, Maria (I2708)
|
344 | Mata Hari Mata Hari is de beroemdste Friezin aller tijden, maar hoe Fries was zij eigenlijk? De talloze foto???s en ansichtkaarten die indertijd van haar zijn gemaakt tonen een internationale verschijning. Niets herinnert aan haar Friese wortels. Een geheimzinnige Oosterse danseres. Een courtisane van allure die met vele hooggeplaatste heren het bed deelde. Een dubbelspionne die midden in de Eerste Wereldoorlog werd ge?xecuteerd. Haar negentiende-eeuwse klasgenootjes zouden verbaasd en geschokt zijn geweest als ze hadden geweten dat Margaretha Geertruida, zoals ze toen nog heette, zou uitgroeien tot een icoon dat wereldwijd gekend, gekoesterd en geminacht werd. Margaretha Zelle werd in 1876 geboren in Leeuwarden. Haar vader, een winkelier in hoeden en petten, had het hoog in zijn bol. Dat blijkt alleen al uit de naam van zijn dochter; grootmoeder ???Grietje??? werd dochter ???Margaretha???. Adam Zelle speculeerde in olie, verdiende daarmee een klein kapitaal en probeerde zich vervolgens als kleine burgerman in te werken in de stedelijke elite. Graag noemde hij zichzelf ???baron???. Om zijn ambities kracht bij te zetten kocht hij aan de chique Grote Kerkstraat, waar ???tout??? Leeuwarden woonde, een oud statig huis. In dat, zowat op het hoogste punt van Leeuwarden gelegen pand, groeide Margaretha verder op. Ze leek op haar vader. Ook zij droomde. In haar fantasie?n vergrootte ze het huis later uit tot een op een hoge terp gebouwd adellijk kasteel. Leeuwarden was in de tweede helft van de negentiende eeuw een langzaam leeglopende stad. Door de grote crisis van de jaren tachtig en ook ??? veel structureler ??? door de vanuit nationaal perspectief afnemende betekenis van Leeuwarden, veranderde de Friese hoofdstad in een provinciestad. De stedelijke elite trok voor een groot deel weg naar het centrum van het land. Wordt het leven van Mata Hari tegen die achtergrond al wat begrijpelijker, de teloorgang van haar vaders ambities ??? hij ging in 1889 failliet ??? , de scheiding van haar ouders en de dood van haar moeder in 1891 doen dat nog meer. Maar achteraf verheerlijkte ze haar Leeuwarder jeugd en fantaseerde ze dat haar vriendinnetjes afkomstig waren geweest uit de hoogste Leeuwarder kringen. Na de dood van haar moeder verhuisde ook Margaretha naar het westen van het land. In 1895 reageerde ze op een huwelijksadvertentie en trouwde ze met Rudolf MacLeod, een militair. Samen verhuisden ze naar Indonesi?. Pas toen dat huwelijk in 1902 op brute wijze strandde, begon de carri?re die haar zo beroemd zou maken. In Parijs danste ze in 1905 in het Mus?e Guimet voor het eerst onder de naam Mata Hari (Maleis voor ???oog van de dag???). Ze was onmiddellijk een sensatie. Een jarenlange reeks succesvolle tournees langs de Europese hoofdsteden volgde. Het Europa van de Belle Epoque (1890-1914) was erg gefascineerd door exotische erotiek en het Leeuwarder meisje dat ooit zo goed in gymnastiek was geweest, kon nu uitgroeien tot een gevierde Oosterse danseres die van sluieren en ontsluieren haar handelsmerk maakte. Ze werd deel van de beau monde en sliep met vele hoge militairen en leden van het corps diplomatique. De aandacht die ze kreeg prikkelde haar fantasie en in interviews mystificeerde ze haar jeugd. Margaretha???s roem beklijfde vooral door haar trieste einde. In de Eerste Wereldoorlog zette ze haar charmes in als spionne aan twee fronten, het Duitse en het Franse. In bed ontfutselde ze hoge officieren hun staatsgeheimen. In 1917 werd ze opgepakt en als dubbelspionne door de Fransen gefusilleerd. Er hangt om haar einde een waas van geheimzinnigheid, want wat de toedracht precies is geweest, valt niet met zekerheid vast te stellen. Pas in 2017 zullen de archieven van Scotland Yard worden geopend. Over haar leven ??? als ???The most Notorious Temptress of the Twentieth Century??? ??? zijn ondertussen vele films gemaakt met sterren als Greta Garbo, Marlene Dietrich en Jeanne Moreau in de hoofdrol. Haar geboortestad had lange tijd moeite met haar reputatie. Pas in 2001 werd een straat naar haar genoemd. Het Leeuwarder Mata Hari-plein ligt heel toepasselijk voor de lokale schouwburg. Bron: Kanon fan de fryske skiednis | Zelle, Margaretha Geertruida (I3256)
|
345 | Meerten had een buitenechtelijke relatie met Mayken de Schutter, waaruit een zoon is geboren, blijkens uit de volgende verklaring: Den 31julij 1718 heeft Mayke de Schutter haer soon ten doop gebragt en nadat sij voor de geheele gemainte beleden had het kind in hoererij bij Meerten de Groot te hebben overgewonnen, betuigende daarover haer hetzelve berouw en leetwesen, met belovten van haer selven in ?t vervolg kuis en eerlijk te gedragen, so is het selve daerop gedoopt met den naam van Cnelis ?s taende daerover tot getuigen Berber Adams huisvrouw van Arie Willemze. | de Schutter, Mayken (I2023)
|
346 | Meintje Pal is de dochter van Klazina Rook die na het overlijden van haar eerste man Geert Pal trouwt met Stefenus de Bock. De broer van Pieter Waardenburg, Folkert trouwt met een dochter uit het eerste huwlijk van Stefenus de Bock: Gezina. | de Bock, Gezina Elisabeth (I141)
|
347 | Meintje Pal is de dochter van Klazina Rook die na het overlijden van haar eerste man Geert Pal trouwt met Stefenus de Bock. De broer van Pieter Waardenburg, Folkert trouwt met een dochter uit het eerste huwlijk van Stefenus de Bock: Gezina. | Pal, Meintje (I1194)
|
348 | Meintje Pal is de dochter van Klazina Rook die na het overlijden van haar eerste man Geert Pal trouwt met Stefenus de Bock. De broer van Pieter Waardenburg, Folkert trouwt met een dochter uit het eerste huwlijk van Stefenus de Bock: Gezina. | Waardenburg, Pieter (I1655)
|
349 | Meintje Pal is de dochter van Klazina Rook die na het overlijden van haar eerste man Geert Pal trouwt met Stefenus de Bock. De broer van Pieter Waardenburg, Folkert trouwt met een dochter uit het eerste huwlijk van Stefenus de Bock: Gezina. | Waardenburg, Folkert (I1668)
|
350 | mennist | Lapper, Rijnt Cornelis (I1016)
|